Haarlem ontstond als een nederzetting aan de Spaarne en ontwikkelde zich langs de verbindingsweg van zuid naar noord. De stad werd de residentie van de graven van Holland. Graaf Willem II van Holland verleende Haarlem in 1245 stadsrechten. Een contingent van de burgers van Haarlem had eerder in die eeuw, tussen 1217 en 1219, onder graaf Willem I met meerdere schepen deelgenomen aan de Vijfde Kruistocht. Daarom staan tot op de dag van vandaag een zwaard en een kruis in het stadswapen, die herinneren aan de legendarische prestaties van deze Haarlemse kruisvaarders tijdens het beleg van Damiette in Egypte (1218).
In 1429 kreeg de stad het douanerecht. Het laatmiddeleeuwse Haarlem kende textielproductie, scheepsbouw en vele bierbrouwerijen. De rijkdom kwam ten einde door een burgeroorlog die vergelijkbaar was met de Duitse Bundschuh-opstand, genaamd "Hoeker en Kabeljau-Streit" (Hoekse en Kabeljauwse Twisten) en de opstand van de kaasmakers en bakkers (Kaas- en Broodvolk). In 1573 viel het fort na een maandenlange Spaanse belegering door Don Fadrique (zoon van de bekende hertog van Alba). Na het Verdrag van Veere trokken de Spanjaarden zich in 1577 terug, nadat protestanten en katholieken gelijke rechten hadden gekregen. Vlaamse en Franse immigranten brachten de stad een nieuwe bloeiperiode (linnenweverij, net als in Leiden).
In 1658 stichtte de Nederlander Petrus Stuyvesant Nieuw Haarlem aan de oostkust van Noord-Amerika. Later werd Nieuw-Haarlem als district Harlem onderdeel van de stad New York.
In de 19e eeuw werden de stadsversterkingen gesloopt en omgevormd tot een park. In 1839 reed de eerste Nederlandse trein tussen Haarlem en Amsterdam.
In 1927 werd de gemeente Schoten bij de stad gevoegd. Ook delen van de gemeenten Bloemendaal, Haarlemmerliede en Spaarnwoude en Heemstede werden bij de stad gevoegd. Zo werd Haarlem de vijfde grootste stad van Nederland, na Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht.
Na de uitvinding van de boekdrukkunst, waarin de Haarlemmer Laurens Janszoon Coster in de beginperiode een belangrijke rol speelde, kreeg Haarlem een blijvende reputatie als drukkersstad. De oudste krant wordt nog steeds in Haarlem gedrukt. In 1656 verscheen voor het eerst de Oprechte Haerlemse Courant, die tegenwoordig onder de naam Haarlems Dagblad bekend staat. Het bedrijf Johan Enschedé is een bekende gespecialiseerde drukkerij, die ook voor het buitenland onder andere bankbiljetten en identiteitsdocumenten produceert. Daarnaast heeft de stad een traditie als stad van schrijvers.
Bron: https://de.wikipedia.org/wiki/Haarlem