Liegeplätze, Termine und Veranstaltungen
Bitte wählen Sie das Veranstaltungsjahr aus.
 2024 (9) 2023 (11) 2022 (6) 2021 (4) 2020 (5) 2019 (7) 2018 (11) 
2017 (6) 2016 (6) 2015 (6) 2014 (14) 2013 (13) 2012 (14) 2011 (12) 2010 (17) 
2009 (18) 2008 (25) 2007 (19) 2006 (3) 2005 (1)    
Museumschip Kasteel Vlotburg in Urk vom 01.09. bis 20.09.2018
Lokatie:
t/o Staversekade 5 (Wijk1)
8321 EK  Urk
(bij het strand en de gezellige haven van Urk)


V.l.n.r. Wodan, Lenny, Hercules en Christel
 Van links naar rechts: Lenny, Hercules en Christel.


route Kasteelschip Museum Vlotburg weergeven op een grotere kaart
Bron: Google Maps



Geschiedenis
De oudst bekende vermelding van de naam 'Urk' is de schenkingsakte uit 966 van Otto I aan het Sint-Pantaleonsklooster te Keulen. De tekst luidt:

Aanhalingsteken openen    cuiusdam insulae medietatem in Almere, que Urch vocatur

de helft van een zeker eiland in het Almere, dat Urch genoemd wordt
— Schenkingsakte van keizer Otto I
Aanhalingsteken sluiten
Zoals bij vele geïsoleerde bevolkingsgroepen het geval was, werden er ook over de Urkers verschillende uiteenlopende karakterschetsen gegeven, variërend van gastvrij en een groot gevoel van eigenwaarde tot koppig en ongedisciplineerd, taai en vasthoudend. Deze laatste beschrijving wordt ondersteund doordat de Urkers in de afgelopen eeuwen vele rampspoeden en drastische veranderingen van leefomstandigheden de baas zijn gebleven, mede doordat het voormalige eiland opgebouwd is uit keileem. Dit keileem is een taaie weinig doorlatende grondstof, waardoor het uitermate geschikt was om het voormalige eiland Urk te beschermen tegen de grillen van de voormalige Zuiderzee.

Eigendom
In de 10e eeuw was er al sprake van een vaste bewoning, zoals blijkt uit de hierboven vermelde schenkingsakte. Uit deze akte is ook af te leiden dat Urk toen eigendom was van het Sint-Pantaleonsklooster te Keulen. In de 13e eeuw kwam Urk in handen van de graven van Holland en later van de burgemeester van Enkhuizen. Vanaf 1476 kwam de ambachtsheerlijkheid Urk aan het Utrechtse geslacht Zoudenbalch, achtereenvolgens van 1476 tot 1495 Evert Zoudenbalch (1424-1503), van 1495 tot 1530 Evert Zoudenbalch (1455-1530), van 1530 tot 1558 Johan Zoudenbalch (1503-1558), van 1558 tot 1567 Evert Zoudenbalch (1540-1567), van 1567 tot 1599 Gerrit Zoudenbalch (1541-1599). Hij werd opgevolgd door zijn zus Walravina Zoudenbalch (1538-1616) die van 1601 tot 1614 de laatste vrouwe van Urk en Emmeloord was uit dit geslacht.

Tussen 1614 en 1660 was deze heerlijkheid in bezit van het geslacht Van de Werve. In 1660 verkocht Johan van de Werve het eiland aan Amsterdam. De ambachtsheerlijkheid van Urk en Emmeloord werd door verschillende Amsterdamse regenten zoals Andries de Graeff, Nicolaes Witsen, Hendrik Daniëlsz Hooft en Jan Elias Huydecooper bestuurd. Amsterdam verstevigde met deze aankoop zijn positie in de handel, omdat Urk het centrale punt in de Zuiderzee was, waar alle scheepvaartroutes langs liepen.

Tot 1792 bleven Urk en het Schoklandse Emmeloord behoren bij de stad Amsterdam, waarna de Staten van Holland het eiland overnamen. In 1824 werd Urk een Noord-Hollandse gemeente en tot 1950 bleef Urk bij de provincie Noord-Holland, daarna tot 1986 bij de provincie Overijssel. Vanaf 1 januari 1986 hoort de gemeente bij Flevoland. Hiermee is Urk de enige gemeente in Nederland die in drie provincies heeft gelegen.

De aansluiting op het vasteland
De eerste aansluiting met het vasteland was telefonisch. In 1897 kwam een verbinding tot stand die vooral voor de haring- en ansjovishandel van groot belang was. In 1912 werd een tweede kabel gelegd. Deze was naar Kampen en kostte ruim 100.000 gulden. De kabel lag er voordat het postkantoor was verbouwd, zodat hij niet direct gebruikt kon worden.

Urk werd in 1939 in het kader van de Zuiderzeewerken verbonden met een dijk voor de aanleg van de Noordoostpolder. Bij de opzet van die polder werd het dorp echter volledig buiten de planning gehouden. De Urker bevolking werd door de Nederlandse wetenschappers in de jaren voor de Tweede Wereldoorlog zelfs voor 'achterlijk' versleten, incapabel voor het werk op het land.

Met deze denkbeelden werd in de jaren dertig de nieuwe 'Urkerpolder' opgezet. Om het Urker probleem (het eiland was overbevolkt, kende veel ziekten en veel armen en de visserij werd als 'ten dode opgeschreven' beschouwd) op te lossen werd zelfs het voorstel gedaan om dan maar de helft van de bevolking en de toekomstige aanwas "uit te stooten" (verhuizen). Dit voorstel haalde het niet, maar het was duidelijk dat de Urkers niet werden opgenomen in de plannen: de polder werd hernoemd tot 'Noord-Oostelijke Polder' om de gedachte aan Urk zo veel mogelijk op de achtergrond te houden. Hoewel het eiland dus al in 1939 met het land verbonden was, kreeg het dorp pas in 1948 een wegverbinding. De bevolking van Urk werd ook niet in de bewoning betrokken, daar zij niet voldeed aan de "modelbevolking" die voor de polder moest worden aangetrokken. Zelfs de vraag van een Urker burgemeester aan ingenieur Sikke Smeding, die verantwoordelijk was voor de inrichting van de polder, of Urker studenten aan de landbouwschool in Meppel kans maakten op een boerderij in de polder, in reactie op de overbevolking van Urk, leverde slechts een enkele toewijzing van een boerderij op. De visserij liep door de Zuiderzeewerken grote schade op; met de komst van de Noordoostpolder verdwenen visgronden, (hetgeen zich in de beginjaren soms uitte in een vijandige houding tegen de nieuwe bewoners) en door het verlies van het IJsselmeer was de Urker vissersvloot gedwongen om zich te verplaatsen naar andere havens aan de Noordzee en Waddenzee.

vlag van Urk               wapen van Urk

Bron: Wikipedia